Geen vondsten uit Roemenië
- Geplaatst op
- Door Natasja
- 3
Waarom er, ondanks dat ik in Roemenie was, er toch geen Roemeense schatten naar de winkel komen.
Wie mij een beetje volgt, weet dat ik graag op inkoop ga. Meestal dichtbij maar als het even kan lekker ver weg. Dus toen ik voor een stichting, waar ik in het bestuur, zit naar Boekarest moest, boekte ik dezelfde dag nog een ticket.
Mét de groots mogelijke bagage vrijstelling. Wánt er zou vast wel tijd zijn om nog hier en daar wat leuke vondsten voor de winkel op de kop te tikken. Nou, die koffer ging net zo leeg mee terug als dat hij heen ging. En nee, dat heeft niks met Roemenië te maken. Dat lag aan mij en een gezellige bacterie.
Ruim op tijd was ik vorige week zondag op Schiphol. Ik was al rond 10.00 door de douane en mijn vliegtuig vertrok om 11.40. Tijd genoeg voor een broodje. Ik loop naar één van de broodjesfabrieken en zoek een lekker broodje uit. Ga rustig zitten, doe mijn oortjes in, Netflix aan. Hier zat een tevreden mens.
Na vijf minuten voelde ik me een beetje raar en na zes minuten trok ik een sprintje naar de dichtstbijzijnde WC. Die trouwens niet dichtbij was. En waar een rij dames stond te wachten. Al die dames duwde ik, niet bepaald zachtzinnig opzij, slaande met mijn laptoptas, rolkoffer en handtas.
Net op tijd ging er een deurtje van een wc hokje open. Ik nam een sprint, trok de dame die probeerde de deur uit te komen opzij, liet alles uit m’n handen vallen (laptop doet het gelukkig nog wel) en maakte een diepe buiging naar de wc-pot. (als je begrijpt wat ik bedoel, ik wil het niet te duidelijk opschrijven)
En beleefde dame die ik ben, bleef ik buigen naar de wc-pot. Elke keer als ik me weer oprichtte, kreeg ik weer de neiging om te buigen. Sterker nog, ik kreeg niet de neiging, het ging volledig autonoom, ik had het niet in de hand.
En ondertussen kreeg ik de volgende gedachten.
“Ik denk wel dat die dames die aan het wachten waren nu wel begrijpen waarom ik ze opzij duwde. Ze zullen toch niet heel boos zijn”
En weer een buiging naar de WC.
“Gut, wat had ik eigenlijk allemaal op die tafel liggen? Heb ik mijn portemonnee wel meegenomen? En mijn telefoon? Even kijken. Oh, lukt niet".
En weer een buiging naar de WC.
“Oh nou, kan ik nu niks meer aan doen”.
Buig.
“Ik kijk straks wel, als ik m’n paspoort nog maar heb”
Weer een buiging.
"Wat ik ook doe, ik moet echt NIET knoeien op dit bloesje. Ik maar 1 bloesje bij me en anders stink ik een uur in de wind in dat vliegtuig"
Buiging
“VLIEGTUIG!!!!! Hoe laat is het???? Wat, dat meen je niet 11.15. ?????? OMG. Hoe laat moest ik boarden.???"
Buiging.
“Waar is die stomme instapkaart??? Nee!!!!!! Boarden begon om 10.50. Oooooooh help. Ik kan nu echt niet die WC uit. Oooooooh, ik ga dat vliegtuig missen”
Buiging
“Nou dat moet dan maar. Om 20.00 uur gaat er nog een KLM. Dan maar een nieuw ticket. Weet ik veel”
Geen buiging.
“Oh”.
Geen buiging.
" Oh het gaat weer een beetje. Hoe laat is het? 11.35. Zou het nog zin hebben? Ik ga het proberen”.
Ik sprint de WC uit, met m’n hele hebben en houwen en begin te rennen, ongecontroleerd, totaal gedesoriënteerd, botsend tegen mensen aan en ook nog eens de verkeerde kant op. Omdraaien. Rennen.
Maar dat ging helemaal niet. Mijn toch al matige conditie had ik achter gelaten ergens in de WC bij het Food Court van Schiphol. Inmiddels was het 11.40, waarschijnlijk was mijn vliegtuig als weg. Maar ik wilde het toch proberen. Ik stond bij D1 en moest naar D16. Het lijkt niet ver maar dat was het wel.
In de verte zag ik een mijnheertje rijden op zo’n karretje waarmee ze vuilnis ophalen op Schiphol. Ik probeerde hem in te halen. Kansloos.
Dus ik roepen: “Mijnheer!!!! Schoonmaakmijnheer!!!” (Serieus he, ik heb dit dus echt geroepen)
Maar oh wat was ik blij. Hij hoorde me, hij was niet beledigd, hij was niet boos. Hij keek wat meewarig om naar die van top tot teen bezwete dame, met piekhaar, een rommeltje aan bagage om zich heen verzameld, die hem met in totale wanhoop aankeek.
- “Mijnheer, mag ik met u mee naar D16, ik ga mijn vliegtuig missen?”
- “Nee mevrouw dat mag niet en dat kan ook niet maar ik rijd naar ze toe en zeg dat u eraan komt.
En zoef zoef, daar ging Schoonmaakmijnheertje, mijn held, op zijn elektrische karretje, naar D16.
Ik sprintkreupelde er achter aan. En wonder boven wonder, het vliegtuig stond er nog. Sterker nog, ik mocht er in, want de deur was nog niet dicht. Moest wel de twee stewardessen aan de balie overtuigen dat ik niet zodanig ziek was dat ik een gevaar voor de volksgezondheid vormde. (Wat met moeite lukte) Maar ik mocht naar binnen.
11.46: Mevrouw Hart betreedt het vliegtuig en 100 paar ogen kijken haar vernietigend aan.
En terwijl achter mij de vliegtuigdeur in het slot viel, stortte ik mij in mijn stoel en maakte een diepe diepe buiging: naar het Schoonmaakmijnheertje dat voor mij het vliegtuig had tegen gehouden. Ik heb hem niet eens bedankt in alle consternatie.
De trip naar Boekarest was een succes maar elk vrij moment heb ik in bed gelegen in plaats van door de stad te struinen. Dus nee, er komt binnenkort niet een lading schatten uit Roemenie naar de winkel. Maar dat schoonmaakmijnheertje verdient een standbeeld.
Oh man, wat een narigheid! Wel weer een hilarisch verhaal...